De letterlijke betekenis van dit woord is volgens het wnt ‘lichaamsdeel dat men om wille van de welvoeglijkheid niet direct wilde noemen; achterwerk’. Waarschijnlijk is het een koppeling van de gebiedende wijs van zien en de voorzetselbepaling erna(ar). De afwijkende spellingbeelden siterna en citterna wijzen er wellicht op dat het woord toen in het geheel niet meer begrepen werd.
Een andere verklaring is dat het bewuste vermommingen zijn van het woord, parallel met het gebruik als verhullende omschrijving voor onwelvoeglijk geachte termen. Het woord komt vooral in de 17de eeuw voor.
Het jongste citaat dateert van 1782. Frequent is vooral de bastaardvloek bij mijn zieterna. Ook op mijn zieterna komt voor.
