Vloeken lexicon

Prof. dr. P.G.J. van Sterkenburg (1997)

Gepubliceerd op 14-11-2019

wiesjebliksems

betekenis & definitie

In Merijntje Gijzens jeugd en jonge jaren (1925) van A.M. de Jong, komt een aantal malen (o.a. blz. 713 en 926) de vloek wiesjebliksems voor. Die vloek is tot uitroep geworden en drukt verbazing, ongeloof, ergernis enz. uit.

De opbouwelementen van de vloek zijn wis ‘waaraan niet te twijfelen valt, stellig, echt, zeker, heus’ en bliksems. Wiesje is de gewestelijke variant van wis en, zodat de vorm in de standaardtaal wis-en-bliksems zou luiden.

Het WNT, deel xxvi, kolom 1360 geeft als andere gewestelijke vormen wis-in-bliksems, wis-in-donders, wis-in-duvels, wis-in-mieters. Wis-enbliksems komt niet alleen in West-Noord-Brabant voor, maar ook in het oosten van het taalgebied.