Dit tussenwerpsel, dat zelf geen vloek is, wordt vaak gebruikt als versterking van uitroepen en ter uiting van alle graden en wijzigingen van gemoedsaandoeningen, zoals weemoed, droefheid, medelijden, angst, vrees, vertedering enz. Dikwijls wordt ach gevolgd door een verkorte, elliptische volzin, die slechts uit enkele woorden bestaat en een uitroep behelst die de oorzaak van het smartgevoel aanduidt.
Ik noteerde uit recent enquêtemateriaal: ach grutjes; ach gut; achjee(tje); ach Jezus mijn God!