(de, -s) kwajongen, deugniet, guit, snaak, klein kind, dreumes, peuterklein kind, dreumes, peuter.
DE ‘PAGADDERS' Pagadder komt van het spaans ‘pagar', ‘pagador', betaalmeester. Pagaddertoren was hiervan een afgeleide nickname voor de uitkijktorens aan de Schelde. De pagadders waren en zijn Antwerpse bengels.