Een aggregatietoestand waarbij de stof aan een bepaalden vorm is gebonden. Samendrukking of andere uitwendige krachten zullen den vorm een weinig kunnen veranderen, waarbij krachten worden opgewekt die zich tegen deze verandering verzetten (veerkracht).
Zoolang de vormveranderingen een bepaalde grens niet overschrijden (grens van veerkracht), zal het lichaam na het ophouden dier krachten den oorspronkelijke n vorm hernemen. De moleculen van vaste stoffen hebben wel een trillende beweging, die heviger wordt naarmate de temperatuur toeneemt, maar zullen zich gewoonlijk niet ver van een gemiddelden stand verwijderen. Dat dit echter in enkele gevallen wel plaats vindt en ook de vaste stoffen in sommige omstandigheden als vloeistoffen kunnen uitvloeien, wijst er op dat er geen scherpe grens bestaat tusschen vaste stoffen en vloeistoffen. Wel meent men zulk een scherpe grens te kunnen aanwijzen tusschen twee toestanden waarin vaste stoffen kunnen verkeeren, de amorphe en de kristallijne, waarbij dan de eerste meer tot den vloeistoftoestand nadert.