Gepubliceerd op 18-03-2021

Rioleering

betekenis & definitie

afvoer van afval, water, vuil, faecaliën enz, door een net van ondergrondsche buizen en kanalen, riolen of kloaken geheeten. Bij sommige rioolstelsels heeft de af voer van vuil water en faecaliën gemeenschappelijk plaats, bij andere heeft men voor huishoud-, regenwater en faecaliën afzonderlijke riolen, als b.v. bij het gecompliceerde iLiernur stelsel, waarbij, als het geheel volgens het denkbeeld van den ontwerper, den ingenieur Liernur, wordt uitgewerkt, behalve een leiding voor den afvoer van uitwerpselen (langs pneumatischen weg) nog 2—3 rioolleidingen moeten aangelegd voor huishoud-, regen- en grondwater, en dat vrijwel aan alle eischen der hygiène voldoet, doch zeer kostbaar en technisch veelal bezwaarlijk uitvoerbaar is.

Bij alle stelsels volgt het net van buizen de natuurlijke helling (zoo deze voorhanden is), van het te rioleeren terrein. Uit de huizen, fabrieken enz. komt het af te voeren vuil dan in wijde buizen, die het verzamelde vuil hetzij, onmiddellijk in een stroomend water, of, ter voorkoming van de daardoor veroorzaakte verontreiniging, in groote reservoirs loozen, waar het een reiniging ondergaat (zie Reiniging, „biologische”).

< >