Gepubliceerd op 28-02-2021

Passaatwinden

betekenis & definitie

Regelmatige luchtstroomingen, veroorzaakt door de warmtestraling der zon en de aswenteling der aarde. De zon loodrecht stralend op de gewesten tusschen de keerkringen, verhit de lucht; deze wordt soortelijk lichter en stijgt omhoog; inzonderheid is dit waar voor de lucht boven de zee, die van den lichten waterdamp verzadigd is.

De opstijgende lucht, wordt vervangen door koudere lucht van noord en zuid toestroomend langs het aardoppervlak. De opgestegen lucht trekt naar noord en zuid. Men heeft daarom te onderscheiden in boven- en benedenpassaat. Deze luchtcirculatie strekt zich uit ^ 30° ten noorden en ten zuiden van den equator.De lucht deelt echter ook in de aswenteling der aarde; en deze geeft geringer snelheid aan de lucht naarmate men zich van den equator verwijdert. Daar de aarde van het westen naar het oosten draait, krijgt de benedenpassaat in het noordelijk halfrond een noordoostelijke richting, in het zuidelijk halfrond een zuid-oostelijke richting. Bij den bovenpassaat geschiedt het tegenovergestelde, dtas is hij in het noordelijk halfrond, zuidwestelijk, in het zuidelijk halfrond noordwestelijk.

Bij ± 30° van den equator begint de bovenpassaat te dalen. De dalende luchtstroom verdeelt zich gewoonlijk in tweeën: een deel stroomt weder naar den equator, een ander deel gaat verder naar de gematigde streken; vandaar de veelvuldige zuidwesten winden in onze streken. Aangezien de gesteldheid van den vasten bodem een grooten plaatselijken invloed op den wind uitoefent, is boven het land de passaatrichting dikwijls gestoord: op volle zee is hij regelmatiger.

Daar waar de benedenpassaatwinden samenkomen, heeft men windstilte in horizontale richting, alleen opstijging van lucht in verticale richting. De streek van windstilte verplaatst zich, naarmate de zon boven of beneden den equator komt.

< >