Gepubliceerd op 23-02-2021

Manasse

betekenis & definitie

1) Een der stammen Israëls, aldus genaamd naar den oudsten zoon van Jozef en Asnath. Het gebied van dezen stam werd door den Jordaan in een w. en een o. helft gedeeld.

West-M. grensde ten n. aan Asser, ten o. aan Issaschar en ten z. aan Ephraïm; Oost-M. omvatte het noordel. Gilead en het voormalig land van koning Og van Rasan.2) M., koning van Juda, zoon van Hiskia, regeerde van 698—643 v. Chr., gaf zich aan allerlei afgodendienst, waarzeggerij en tooverijen over, offerde zijn eigen zoon .aan Moloch op en vervolgde wreedaardig de dienaars van Jehova (2 Kon. 21 : 1—18, 2 Kron. 33 : 1—10). Volgens den schrijver van de boeken der Kronieken werd hij door den koning van Assyrië, waarschijnlijk Esarhaddon, gevangen genomen en kwam hij in de gevangenis tot inkeer; zoodat hij, in vrijheid gesteld, de afgoderij af schaf te en den Jehovadienst herstelde (2 Kron. 33 : 11—19). Onder de apokryphe boeken des 0. V. vindt men het Gebed van M., door een lateren schrijver opgesteld en waarschijnlijk verdicht.

< >