Johannes baptist rietstap

betekenis & definitie

nederl. letter- en oudheidkundige, geb. 1828 te Rotterdam ,overl. te Den Haag in 1891; van beroep stenograaf bij de Staten-Generaal; beoefende de genealogie en de heraldiek; hoofdwerken: Handboek der wapenkunde (1857 en 1875), Wapenboek van den nederl. adel (met aantt., 1880—88); verder: Reizen door het noorden van Europa, een Beknopt Aardrijkskundig Woordenboek van Kederland en zijn koloniën (1891), Armorial général, précédé d’un dictionnaire des termes du blason (1861, 2de dr. 1883). b