Gepubliceerd op 23-02-2021

Hertshoorn

betekenis & definitie

cornu cervi, het gewei der herten; de zelfstandigheid waaruit dit bestaat komt het been zeer nabij en het H. kan daarom zeer goed worden gebruikt om messenheften, rottingknoppen en dergelijke van te maken. Reeds in voorhistorische tijden werden van het gewei der herten allerlei gereedschappen vervaardigd (zie plaat II bij Oergeschiedenis, fig. 7, 11, 14).

Tegenwoordig wordt het H. ook nagemaakt van hout. Uit geraspte H. of uit splinters, spaanders en dergelijk afval kan men door uitkoken met water een gelei bereiden; deze ging vroeger door voor een versterkend middel. Bij droge destillatie van H. verkrijgt men dezelfde producten als bij dergelijke behandeling van been, n.l. een bruine, kwalijkriekende olie (H.-olie, oleum cornu cervi) en zoutzure ammoniak, die nog niet geheel zuiver is van die olie en deels in waterige oplossing (geest van H.), deels als een vast sublimaat (hertshoornzout, ammonium-carbonaat, reukzout, vluchtig zout) verkregen wordt. Deze producten verkrijgt men thans als nevenproducten bij de fabrikage van beenderenkool; men gebruikt ze als grondstof ter bereiding van ammoniumzouten. De H.-preparaten zijn thans uit de apotheek zoo goed als geheel verdwenen. Witgebrande H. is niets anders dan beenderenasch.