oud-katholiek theoloog, 1825—1900, werd 1858 te Bonn tot gewoon hoogleeraar in de exegese van het O. Test. benoemd; om zijn weigering, de besluiten van het vaticaansch concilie te erkennen, werd hij met enkele ambtgenooten 1 April 1871 gesuspendeerd, 12 Maart 1872 geëxcommuniceerd.
Als pastoor te Bonn en vicarisgeneraal van den oud-kath. bisschop Reinkens (zie ald.) behoorde hij voortaan tot de leiders der oud-kathol. kerk, doch legde 1878 tengevolge van de opheffing van het verplicht celibaat der priesters zijn ambten neder.