Gepubliceerd op 29-01-2021

Endossement

betekenis & definitie

een manier van overdracht van aan order gesteld handelspapier, of van papier dat aan orderstelling toelaat, door een daarop gestelde verklaring, dat de betaling van dat papier aan een ander zal geschieden, met dien verstande dat zoo noodig de endossant zelf voor de betaling aansprakelijk blijft. De woorden E., endosseeren, endossant, geëndosseerde, stammen, evenals vele anderen, door het koopmansspraakgebruik ingevoerd, van het italiaansch af, en komen het meest in wisselzaken voor. Endosseeren is een wissel, of eenig ander kredietpapier, hetwelk op dezelfde wijze geschikt is om in omloop gebracht te worden, aan een anderen persoon, op den rug of de keerzijde van het document, overdragen. De overdracht zelve wordt endossement of endosso genoemd, welk laatstgemeld woord van in dossa (op den rug) gevormd is. Hij, die de overdracht doet, de overdrager, is endossant, endossent, en degene, op wien de overdracht geschiedt heet endossaat, endossator, geëndosseerde. Spreekt de endossator van den endossant, zoo noemt hij ook dezen cedent, voorman, in tegenstelling van cessionaris of na-man, waaronder de endossant dengenen bedoelt, die in het endossement na hem te staan komt. Bij afwisseling en in gelijke beteekenis bedient men zich ook van de uitdrukking gireeren in stede van endosseeren; giro (in het italiaansch een kringloop, als er namelijk reeds verscheidene endossementen op den wissel zijn) voor endossement, girant voor endossant; en dus zou ook gegelijkbeduidend met endossaat, de giraat zijn, welke uitdrukking in het koopmansspraakgebruik niet of weinig aangenomen is.

Alvorens men zich van het endossement bediende, is vermoedelijk de overdracht door volmacht of gerechtelijk geschied; wanneer het eigenlijk is ingevoerd geworden, schijnt met geen genoegzame zekerheid te kunnen worden bepaald. De endossementen kunnen tweederlei zijn;

1) regelmatig,
2) onregelmatig.

Een regelmatig, door de rechtsgeleerden ook een gekwalificeerd endossement genoemd, is dat, hetwelk aan de gerechtelijke vormen beantwoordt, waardoor de eigendom eens wissels, met alle den houder toekomende rechten, door den endossant aan den endossaat overgedragen wordt. Het onregelmatig endossement daarentegen is datgene, hetwelk geheel of ten deele van de gerechtelijke vormen afwijkt, en daarom alleen als volmacht (procura) voor den houder geldende is om het bedrag van den wissel te innen.

De vereischten tot een regelmatig endossement zijn;

1) het moet op den wissel zei ven geschieden; op een afzonderlijk blad zou het bloot een cessie zijn.
2) het moet den naam desgenen bevatten, op wien de wissel overgedragen wordt, en aan zijn order luiden:

„Voor mij (voor ons) aan de order van den heer .... (de heeren )

Door het woord order is de wissel meer voor de circulatie geschikt, en wordt elke tegenwerping, als of niet in den vorm het endossement verder voort te zetten ware, voorgekomen.

3) het moet de erkentenis bevatten, dat de waarde is ontvangen geworden. Volgens verscheidene wetgevingen moet ook aangeduid worden, waarin die waarde heeft bestaan. De aigemeene formule is: waarde ontvangen, waarde naar genoegen enz. ; de bijzondere is, in kontanten, waarde in goederen, in wissels enz. ontvangen. Wordt voor rekening van een derde geremitteerd, dan worden de beginletters van den naam van dien persoon, of van zijne firma, in de waardeaanduiding te gelijkertijd aangevoerd ; bijv.: waarde in rekening N. N.; en wil de endossent voor de betaling v/d wissel niet borg staan, dan drukt hij zich dienovereenkomstig uit.
4) vermelding van plaats en tijd.
5) de onderteekening van den endossent. Onderteekent voor hem zijn procurator, dan moet het onderschrift beider naam aangeven.

Staat in het endossement het woord order, of de aangifte der waarde, of de plaats en de tijd niet vermeld, dan is hetzelve, naar de meeste wisselverordeningen, in het een of ander dier gevallen een onregelmatig endossement, en geldt onkel als volmacht: zoo echter ook de onderteekening ontbreekt, is het als nul en van geener waarde aan te zien. Tot de onregelmatige endossementen behoort ook datgene in blanco, gelijk ook de kwiteering. Indien een endossent, in stede van aan den endossaat te endosseeren, enkel zijn coldaan of acquit met zijne naamteekening daaronder stelde, dan zou zulks geen overdracht zijn, die den houder eenig recht op den wissel gaf; deze zou blootelijk aangemerkt worden, als door den kwiteerende gelast te zijn, het bedrag van den wissel voor hem te innen. Zie ook Wissel.

< >