dichtheidmeter, een door Otto Guericke omstreeks 1650 uitgevonden en door Fouchy in 1780 verbeterd instrument tot het meten van de dichtheid der lucht; de D. bestaat uit een kleinen hefboom, aan het eene einde bezwaard met een weinig zwaar doch een tamelijk groot volume innemend lichaam, b v. een holle glazen kogel, en aan het andere einde met een klein gewichtje van goud, platina of een dergelijke metaal soort,dat met den hollen glazen kogel evenwicht maakt; plaatst men dezen hefboom onder een glazen stolp, en verdunt men daarin door middel van een luchtpomp de lucht zoo daalt de glaskogel, en wel verder naar gelang men voortgaat de lucht te verdunnen ; laat men daarop meer lucht in de stolp treden zoo zal de kogel weer rijzen, en ook weer naar gelang de lucht in de stolp dikker verdicht wordt, laat men het toestel blootstaan aan de vrije lucht, zoo zal elke verdikking of verdunning door den schuinen stand van den hefboom worden aangegeven, nl. verdunning doordat de glaskogel daalt, en omgekeerd. Het instrument berust op de wet van Archimedes; de beide evenwicht makende lichamen nemen een verschillend volume in; het gewicht van de door den glaskogel verplaatste lucht is grooter en derhalve verliest hij meer van zijn gewicht dan het gewichtje; bij elke verandering van de dichtheid der omringende lucht zal de hefboom dus van stand veranderen.
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk