Fransch naturalist, geb 22 Aug. 1773 te La Bochelle, ging in 1799 met A. von Humboldt naar Amerika,verzamelde daar meer dan 6000 plantsoorten, waaronder 3500 die nog in het geheel niet beschreven waren ; na zijn terugkeer werd hij in 1804 directeur der tuinen van Navarre en Malmaison, die hij in zijn Description des plantes rares cultivees a Navarre et d Malmaison beschrijft; in 1816 scheepte hij zich teHavrein voor Buenos-Ayres, waar hij als hoogleeraar in de natuurlijke historie optrad; de bestuurders van het land maakten het hem echter weldra zoo lastig, dat hij in 1820 heenging; in Oct. van genoemd jaar stevende hij de Paranrivier op , bereikte Paraguay , wijdde hier eenigen tijd al zijn aandacht aan de maté-struik, en legde een uitgebreide plantage van dat gewas aan, op welke weldra een aanzienlijke volksplanting van Indianen ontstond De dictator Francia, bevreesd voor zijn theehandel-monopolie, deed genoemde plantage echter door 800 soldaten overrompelen en geheel verwoesten: de Indianenkolonie werd uiteengedreven en B. zelf gevangen genomen; op het aandringen der regeeringen van Brazilië en Engeland werd hij weer in vrijheid gesteld (Febr. 1822); hij vestigde zich nu als geneesheer in een braziliaansch dorp aan de monding der Piratini, begaf zich van hier naar St.-Borja aan de Uruguay, waar hij een stuk grond had aangekocht, kweekte hier een groot aantal nuttige gewassen, hield er een kudde schapen, en zag zich andermaal in zijn pogingen belemmerd, ditmaal door den burgeroorlog; onvermoeid ging hij echter voort met het verzamelen van gewassen, gesteenten, fossielen enz., hield zich ook geruim en tijd bezig met de planten-geographie, stelde een lijst saam van de soorten die uit de keerkringslanden op den gematigden aardgordel overgaan, benoemde de nieuwgevonden soorten, rangschikte ze (stelsel-Endlicher en De Candolle), en ordende een museum in de hoofdplaats van den staat Corrientes, waarvoor hij een uitgestrekt stuk grond in onbelast eigendom kreeg; de groote plannen, die hij hierop ten uitvoer wilde leggen, mislukten meest allen door gebrek aan geldelijke middelen. Nu en dan kreeg B. in zijn afzondering bezoek van een europeesch geleerde; zelf liet hij in Europa niets van zich hooren, en trok zich bij voorkeur in de eenzaamheid terug.
Hij overleed 4 Mei 1858. 'Hij schreef: Les plantes equinoxiales recueillies ati Mexique, a Cuba, dans les provinces de Caracas, de Cumana, aux Andes de Quito, sur les bords de l'Orénoque et des Amazones (1805,) Monographie des mêlastomées (1806), en onder medewerking van Von Humboldt: Voyage aux régions equinoxiales du nouveau continent (1815 en v. v.), Vues des Cordïllères et monuments des peuples indigènes d'Amcrique (in „Atlas pittorescpie, 1816), Mimoses et autres planteslégumineusesdu nouveau continent (1819), Nova genera et species plantarum (1815).