Op-en-top Nederlands

Frens Bakker, Els Ruijsendaal, Paul Uljé, Dick van Zijderveld (2022)

Gepubliceerd op 11-04-2022

rant

betekenis & definitie

(zelfstandig naamwoord)

[alg.] uitval, tirade; geraaskal, gezwets

- Het dagelijks geraaskal op de coronabijprating van de Oranje Minkukel (niet mijn woorden) wordt door de Amerikaanse pers nog steeds serieus genomen.

< >