Op-en-top Nederlands

Frens Bakker, Els Ruijsendaal, Paul Uljé, Dick van Zijderveld (2022)

Gepubliceerd op 11-04-2022

rally

betekenis & definitie

(zelfstandig naamwoord)

[tennis] slagenwisseling, slagenreeks

- De enerverende slagenwisseling eindigde met een netbal.

[alg.] sterrit; puzzelrit

- Wie kent er niet de sterrit Parijs-Dakar?
- Puzzelritten zijn soms culturele themaritten, waarbij bijvoorbeeld alleen molens, kloosters, kerken e.d. worden bezocht.

[alg.] wegwedstrijd, trajectwedstrijd

- De eerste Wegwedstrijd van Monte Carlo vond in 1911 plaats.

[alg.] bijeenkomst, reünie, toogdag

- Op de toogdag hield de leider een vlammende rede en liet zich welwillend door zijn aanhangers toejuichen.

[beurs] (koers)herstel, opleving

< >