(zelfstandig naamwoord)
[alg.] wijde pijpen, zwierpijpen, fladderbroek
- Rond 1970 was de fladderbroek in de mode. Bij het fietsen kwamen de wijde pijpen geregeld tussen de ketting.
Gepubliceerd op 11-04-2022
betekenis & definitie
(zelfstandig naamwoord)
[alg.] wijde pijpen, zwierpijpen, fladderbroek
- Rond 1970 was de fladderbroek in de mode. Bij het fietsen kwamen de wijde pijpen geregeld tussen de ketting.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: