Werkwoorden vervoegen
jonassen
Tegenwoordige tijd jonassen
Ik jonas
Jij jonast
jonas jij?
U jonast
Hij/Zij/Het jonast
Wij jonassen
Jullie jonassen
Zij jonassen
Verleden tijd van jonassen
Ik jonaste
Jij/U jonaste
Hij/Zij/Het jonaste
Wij jonasten
Jullie jonasten
Zij jonasten
Voltooid deelwoord van jonassen
gejonast
Tegenwoordig deelwoord van jonassen
jonassend