Werkwoorden vervoegen
groepen
Tegenwoordige tijd groepen
Ik groep
Jij groept
groep jij?
U groept
Hij/Zij/Het groept
Wij groepen
Jullie groepen
Zij groepen
Verleden tijd van groepen
Ik groepte
Jij/U groepte
Hij/Zij/Het groepte
Wij groepten
Jullie groepten
Zij groepten
Voltooid deelwoord van groepen
gegroept
Tegenwoordig deelwoord van groepen
groepend