Wat is de betekenis van Groepen?

2025-07-14
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

2025-07-14
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Groepen

(groepte, heeft gegroept), in groepen plaatsen, bijeenschikken, groeperen: om de hoofdpersoon zijn een aantal anderen gegroept.

2025-07-14
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

groepen

groepen - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord groep

2025-07-14
Historische collectie Nederland

Rijksdienst voor het cultureel erfgoed (2019)

groepen

(in Zaanse pelmolens) Ruimte naast de kuip op de pelzolder, waar het stof en de doppen terecht komen. De ruimte tussen de pelkuip en de eromheen geplaatste slagbalken.

2025-07-14
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

groepen

groepte, h. gegroept (in groepen plaatsen, bijeenschikken, groeperen).

2025-07-14
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

groepen

('groepən) (groepte, heeft gegroept) in groepen plaatsen.

2025-07-14
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

groepen

(groepte, heeft gegroept), 1. (overg.) in groepen plaatsen, bijeenschikken, groeperen: om de hoofdpersoon is een aantal anderen gegroept; 2. (onoverg.) een groep vormen.

2025-07-14
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Groepen

GROEPEN, (groepte, heeft gegroept), in groepen plaatsen, bijeenschikken, groepeeren om den hoofdpersoon zijn een aantal anderen gegroept,

Wil je toegang tot alle 9 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-14
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)