Werkwoorden vervoegen
stampen
Tegenwoordige tijd stampen
Ik stamp
Jij stampt
stamp
U stampt
Hij/Zij/Het stampt
Wij stampen
Jullie stampen
Zij stampen
Verleden tijd van stampen
Ik stampte
Jij/U stampte
Hij/Zij/Het stampte
Wij stampten
Jullie stampten
Zij stampten
Voltooid deelwoord van stampen
gestampt
Tegenwoordig deelwoord van stampen
stampend