Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Omzwabberen

betekenis & definitie

(zwabberde om, heeft omgezwabberd), (van vaartuigen enz.) her- en derwaarts drijven, ronddobberen: ik bedank voor zo’n verre zeereis, ik heb geen lust om zo lang op ’t water om te zwabberen; — (fig.) de kroegen aflopen en dronken op de straat rondlopen: de hele dag hebben zij omgezwabberd.

< >