Typisch Vlaams woordenboek

Ludo Permentier en Rik Schutz (2015)

Gepubliceerd op 21-07-2020

gasthof

betekenis & definitie

familiehotel (formeel)

Dag en nacht stopte de trein in het plaatselijke stationnetje, vrijwel in de voortuin van het simpele gasthof waar ik verbleef.
(Geert van Istendael, Anders is niet beter)

In het Duits: 'Gasthof'.

Belgisch-Nederlandse Standaardtaal
Gangbaarheid: 4
Vlaamsheid: 5