Technische encyclopedie

Winkler Prins (1975)

Gepubliceerd op 10-01-2025

GELATINERELIËF

betekenis & definitie

(Fr.: relief de gélatine; Du.: Gelatinrelief; Eng.: gelatine relief), in de druktechniek enerzijds een middel bij de vervaardiging van grafische drukvormen, anderzijds een zelfstandige drukvorm.

Vanaf 1839 is het verschijnsel dat de oplosbaarheid en/of zwelbaarheid van dichromaatcolloïden in water afneemt, en tenslotte geheel verdwijnt als gevolg van passende lichtinwerking, toegepast als middel voor fototechnische vervaardiging van drukvormen. Dit gebeurt door beeldmatige belichting van een laag die in hoofdzaak bestaat uit dichromaatcolloïd (aangebracht op een blad-, plaat- of cilindervormige drager van een metaal), gevolgd door selectieve verwijdering of zwelling van de ondermaats belichte gedeelten van de laag. Beeldmatige verwijdering van de laag geschiedt door het oplossen van de laag (o.a. bij dichromaatgelatine) via de geltoestand of door het bij het oplossen direct overgaan van ondermaats belichte gedeelten van de laag (o.a. bij dichromaat met vislijm, eiwit, arabische gom, schellak, polyvinylalcohol enz.) van de vaste in de colloïdale toestand. Lagen van laatstgenoemd type zijn niet geschikt voor het vastleggen van geleidelijke contrastovergangen. Ze worden toegepast als kopieerlagen voor lijn- en rasterstructuren.

Na een beeldmatige belichting wordt de drager door oplossen van de ondermaats belichte gedeelten beeldmatig blootgelegd en eventueel nabehandeld, bijv. door etsen van de drager tot op zekere diepte, waardoor een beeldmatig reliëf op de drager verkregen wordt (drukvorm voor hoogdruk). Het kan ook zijn dat de blootgelegde drager een hydrofiel oppervlak heeft. De beeldmatig door licht geharde rest van de laag is dan oleofiel (drukvorm voor vlakdruk). Ook is het mogelijk dat de drager bestaat uit een zeef, zodat na verwijdering van het niet door lichtinwerking geharde gedeelte van de laag een drukvorm voor de zeefdruk resteert. Bij al de genoemde gevallen geschiedt belichting op basis van negatief contrast. Bij belichting op basis van positief contrast levert etsen van de drager een drukvorm op die geschikt is voor zgn. autotypische (oppervlaktevariabele) rasterdiepdruk.

Een laag van beeldmatig gelooide gelatine kan op twee verschillende manieren tot een gelatinereliëf verwerkt worden.

1. De beeldmatig belichte laag wordt gebaad in water met een temperatuur die beneden het smeltpunt van de gezwollen gelatine ligt. De zwelling is dan des te sterker naarmate er minder licht ingewerkt heeft. In beginsel kan het aldus verkregen reliëf toegepast worden als grafische drukvorm. De hiermee verbonden techniek wordt collotypie genoemd.
2. De beeldmatig belichte laag wordt behandeld met water, waarvan de temperatuur boven het smeltpunt van de gezwollen gelatine ligt. Na het belichten wordt de laag overgedragen op een al dan niet permanente drager en wel zodanig, dat de oorspronkelijk naar de lichtbron toegekeerde zijde van de laag in contact met het oppervlak van de nieuwe drager komt te liggen. Na baden en drogen blijft een reliëf van gelatine over waarvan alle gedeelten, ook na opgezwollen te zijn, niet meer in warm water oplossen. Dit reliëf vindt op verschillende manieren toepassing in de grafische industrie (de oudst bekende toepassing is de woodburytypie, waarbij als drager een plaat van lood wordt gebruikt). In plaats van het reliëf af te persen in metaal kan het ook gebruikt worden als doordringbare etslaag, op basis waarvan een contrareliëf in het onderliggende metaal wordt geëtst.

In de praktijk van de rasterdiepdruk wordt de dichromaatgelatinelaag in positief contrast met tussentinten (halftonen) belicht. Hieraan wordt nog een belichting door een negatief kruislijnraster toegevoegd, waardoor het gehele gelatinereliëf wordt overlapt door een systeem van elkaar kruisende steile walletjes waaronder geen etsing plaatsheeft. Op dit beginsel berust de drukvorm voor de rasterdiepdruk (met variabele diepte).

Wordt een gelatinereliëf verkregen door verwarming van de beeldmatig belichte laag van dichromaatgelatine dan wordt een drukvorm verkregen voor de hoogdruk wanneer belicht is met negatief contrast, voor diepdruk (intaglio) indien belicht is met positief contrast.

Gelatinereliëfs kunnen niet alleen uit dichromaatgelatinelagen worden vervaardigd; men kan ze ook baseren op halogeenzilvergelatinelagen.

< >