(Fr.: potentiel Galvani, potentiel électrique intérieur; Du.: Galvanipotential, innere elektrische Potential; Eng.: Galvani potential, inner electric potential) of inwendige elektrische potentiaal van een fase, symbool φ, elektrostatische potentiaal in het inwendige van die fase, waarbij het nulpunt van de potentiaal zoals gebruikelijk is gekozen in het oneindig verre, ladingsvrije vacuüm.
In getalwaarde is de galvanipotentiaal van een fase ⍺ (φ⍺) gelijk aan de elektrische energie die het kost om een puntlading van 1 coulomb (eenheidslading) zonder materie vanuit dit oneindige binnen ⍺ te brengen, waarbij de puntlading een aantal elektrische velden doorloopt. Deze elektrische energie bestaat uit twee bijdragen:
1. een bijdrage van overschotladingen op fase ⍺, waardoor deze niet elektrisch neutraal is en een elektrisch veld om zich heeft; de bijdrage van de overschotladingen tot φ⍺ heet de voltapotentiaal (𝜓⍺) (bij een elektrisch neutrale fase is 𝜓⍺ = 0; verder kan 𝜓⍺ positief of negatief zijn);
2. een bijdrage van een dipoollaag die aan het oppervlak van fase ⍺ aanwezig is; een dipoollaag betekent een soort condensator en derhalve een elektrisch veld. De bijdrage van een oppervlaktedipoollaag tot φ⍺ heet de oppervlaktepotentiaal van ⍺ (χ⍺). De galvanipotentiaal is de som van voltapotentiaal en oppervlaktepotentiaal:
φ⍺ = 𝜓⍺ + χ⍺.
Ze kan experimenteel niet worden gemeten daar puntladingen zonder materie niet bestaan, en bij het binnentreden van fase ⍺ door een materieel deeltje i, naast de genoemde elektrische effecten ook een chemisch effect optreedt, nl. de wisselwerking tussen het deeltje i en de andere deeltjes van fase ⍺, resulterend in een chemische binding van het betrokken deeltje aan ⍺; het hiermee gepaard gaande energetisch effect is de chemische potentiaal μi⍺ van i in ⍺ en het totaaleffect is de elektrochemische potentiaal van i in ⍺ (μ ̅ i⍺). Daar het chemische effect en het elektrisch effect van de oppervlaktepotentiaal gelijktijdig optreden, zijn ze niet scheidbaar, en is derhalve ook φ⍺ niet te meten. Dit is daarentegen wel mogelijk voor de voltapotentiaal 𝜓⍺, daar men er van uit kan gaan dat als het deeltje op een afstand van 10−6 m van het faseoppervlak is gekomen, het elektrisch veld van de overschotladingen geheel is doorlopen, terwijl op die afstand het elektrisch veld van de dipoollaag en de chemische bindingskrachten nog geen rol spelen.
Twee aan elkaar grenzende geleidende fasen hebben in het algemeen (ook in een evenwichtstoestand) een verschillende galvanipotentiaal. Het galvanipotentiaalverschil over het grensvlak (grensvlakpotentiaal) wordt ook wel galvanispanning genoemd.