werkwijze om het vlampunt (ontvlammingstemperatuur) van oliën beneden ca. 65 °C te bepalen volgens de normen (NEN 3204, NBN 52-013, -017 en -075).
Het daartoe gebruikte toestel bestaat uit een messing kroes met een deksel dat voorzien is van enige openingen. Met een kleine veer kan men het deksel twee seconden openhouden: gedurende die tijd steekt een klein brandertje naar binnen in de kroes. Het geheel staat in een watermantel, waarvan de temperatuur langzaam wordt opgevoerd. In de kroes steekt een thermometer, waarop men de temperatuur kan aflezen op het ogenblik waarop de olie ontvlamt. Voor bepalingen boven ca. 65 °C wordt het analoge toestel van Pensky-Martens gebruikt (NEN 3205). Hoewel stookolie altijd een vlampunt heeft dat hoger ligt dan 65 °C, wordt in art. 57 van de Nederlandse Schepenwet voorgeschreven dat het vlampunt toch met het toestel van Abel-Pensky moet worden bepaald.