Een deelwoord (of: participium) is een vormcategorie van het werkwoord. Deelwoorden worden onderscheiden in tegenwoordige (bijvoorbeeld levend) en voltooide deelwoorden (bijvoorbeeld geleefd). Ze komen voor als deel van het gezegde, maar worden ook gebruikt als bijvoeglijke naamwoorden. Voorbeelden: (1) Hij is met vlag en wimpel voor zijn examen geslaagd. (voltooid deelwoord; deel van samengestelde werkwoordstijd) (2) Hij nam met zijn secretaresse de lopende zaken door. (tegenwoordig deelwoord; gebruikt als bijvoeglijk naamwoord)
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk