Synoniemen zoeken
Synoniem van boer
Synoniem van 'n ander trefwoord
Groot Synoniemenwoordenboek
P.G.J. van Sterkenburg (1991)
boer
boer - , een - laten betekent hetzelfde als boeren.
Handwoordenboek synoniemen
J.V. Hendriks (1898)
Boer
Veldbewoner is iedere landman, die op het veld of de heide verblijf houdt. Boer of landman (dialectisch bouwman) geeft te kennen, dat iemand door den landbouw zijn bestaan vindt; verder wordt boer soms gebezigd om iemand aan te duiden, wien de fijnere vormen van den be¬schaafden stedeling ontbreken. Als synoniem met akkerman en landbouwer heeft boer de ruimste beteekenis en noemt een ieder, die zich op akker¬bouw of veeteelt toelegt. Met akkerman en landbouwer worden meer in ’t bijzonder zij bedoeld, die zich met het bebouwon van den akker bezig houden. Akkerman wordt zeer weinig meer gebruikt. Tusschen akkerman en landbouwer schijnt nog dit onderscheid bestaan te hebben, dat het eerste meer uitdrukkelijk hem noemt, die het werktuigelijke akkerwerk verricht, terwijl onder landbouwer ook verstaan wordt de persoon, die de landbouwonderneming bestuurt. Naast den boer staat de heerboer, die alleen door beschaving of afkomst van hem verschilt, soms ook met den vreemden naam van oeconoom (eigenl. landoeconoom) genoemd.
Muiswerk Educatief
Muiswerk Educatief (2017)
boer
boer - woorddeel
1. handelaar in iets wat ervoor genoemd wordt
♢ die groenteboer heeft prima appels
Woorddeel: boer