boer
1) (1941) (oorspr. zeem. en pej.) (als tweede lid van een samenstelling) iemand die alleen belangstelling en tijd heeft voor het in het eerste deel genoemde; leverancier; dienstverlener: pc-boer. • (Albert Chambron: Marinetermen. 1941) • Hij was er niet het type naar om ouwe jongenskrentenbrood met filmboeren te spelen, om zijn film gepr...