Surinaams woordenboek

J. van Donselaar (1936)

Gepubliceerd op 28-09-2020

mulat

betekenis & definitie

(de, -ten), (ook:) lichtgekleurde Creool (3). Ja, er was een tijd dat je Mulat of Chinees moest zijn om hoge posities in het land te bekleden.

Direkteur, kantoorhoofd dat soort dingen. Je moest je kleur mee hebben (Dobru 1969: 51). - Etym.: AN m. = persoon waarvan één ouder blanke en één ouder neger is. Zie ook: citroenneger; mesties (en aldaar voor andere namen die op rassenmenging betr. hebben).