dat bevalt hem best, dat is iets naar zijn zin, dat doet hij graag; ontleend aan het vroeger algemeen voorkomende kolfspel. Sinds de 16de e. opgetekend (Sart.
II, 9, 95). Onder kolfje is te verstaan de kolfstok waarmee de bal wordt voortgeslagen; men voelt bij het kiezen daarvan naar de zwaarte, evenals dit met een keu geschiedt bij het biljarten. Vgl. Hd. das passt ihm grad in die Hand, in den Kram; Fr. c’est bien son beurre; Eng. that’s nuts of meat and drink to him.