zichtbaar, bekend worden; zich laten zien. Tenminste sedert ± 1600 bekend.
Dag heeft hierin de betekenis van licht, zonlicht, en vandaar openbaarheid. Vgl. ook gezegden als helder, klaar als de dag (Eng. as plain as day), en in dezelfde zin aan het licht komen, ontdekt worden; in het licht komen, verschijnen; aan den dag leggen, tonen, laten zien, blijk geven van (ook Hd. an den Tag legen).