Dat is voor de bok zijn kloten
Dat is volkomen overbodigVan de brouwer zijn hond gebeten zijn
(Z. N.) Gaarne bier drinkenDaar veegt hij zijn kloten aan af
Daar trekt hij zich niets van aanVan stokers hond gebeten zijn
(Z. N.) Dronken zijnOp de hond zijn
Geheel aan lagerwal zijnDe gebeten hond zijn
(Altijd) degene zijn die het gedaan heeft. Misschien wordt bedoeld: de hond op wie men gebeten is, of een combinatie van: op iemand gebeten zijn, en: wie een hond wil slaan vindt altijd wel een stokHij is van de brouwer zijn hond gebeten
Hij drinkt graag een glas bierDie bij de hond slaapt, betrapt van zijn vlooien
Met wie men verkeert, wordt men geëerd; waarmee men omgaat, wordt men besmetDie bij de hond slaapt, betrapt van zijn vlooien
Of: Die met honden te bed gaat, staat met vlooien weder opDie bij de hond slaapt, betrapt van zijn vlooien
Wie met slechte mensen omgaat, wordt zelf ook slechtDie bij de hond slaapt, betrapt van zijn vlooien
Men wordt vereenzelvigd met wie men omgaatZijn hond loslaten
Zijn geld voor den dag halenZijn goed in de hond dragen
Zijn kleren zolang dragen dat ze later niet meer kunnen hersteld wordenBekend zijn als de bonte hond
Oorspronkelijk volgde hier nog op: ‘met de blauwe staart', waardoor de uitdrukking die bedoelt: slecht bekend zijn, nog wat levendiger werdBekend zijn als de bonte hond
De Bont was in zijn tijd een beroemd man. Berucht was hij ook en misschien dit wel alleen, want hij had zich erg gehaat weten te maken, deze mr. Willem de Bont, schout te Leiden. Hij vervolgde de Remo...Lees meer