• Home
  • Inloggen
  • Onderwijs
  • Over
  • Geschiedenis
  • Kiosk
  • Contact
  • Manifest

ENCYCLOPEDIE SINDS 1946

 

Spreekwoorden zoeken

Knopen tellen

Niet weten welk besluit men moet nemen

De steentjes tellen

Langzaam, met gebogen hoofd langs de straat lopen

Zijn schaapjes tellen

Kijken hoeveel mensen men in zijn omgeving (op een vergadering) bij elkaar heeft. Ook wel gezegd van geld en voorwerpen

Iets niet tellen

Letterlijk: niet in de telling; opnemen. Iets niet achten, niet de moeite waard vinden, er geen rekening mee houden. Zo kan men bijv. pijn niet tellen

De neuzen tellen

Overdrachtelijk voor: de aanwezigen tellen. Wordt meestal bij een vergadering gezegd. De uitdrukking zou zijn ontleend aan de geschiedenis van een hannekemaaier (grasmaaier), die tellen moest met hoev...
Lees meer

op zijn tellen passen

in het verkeer moet je op je tellen passen: je moet goed opletten, je moet er goed om denken geen fouten te maken.

Op zijn tellen passen

Op zijn hoede zijn, opletten dat men niet beetgenomen wordt

Op zijn tellen passen

Letterlijk: zich niet vergissen bij het tellen. Overdrachtelijk voor: op zijn hoede zijn, steeds nauwkeurig acht geven op wat men doet

Dat kan goed tellen

Dat is de moeite waard

Zo rap als tellen

Heel snel

Iemands ribben kunnen tellen

Gezegd van iemand die uitermate mager is, slecht in zijn vlees zit

Geen tien kunnen tellen

Een grote domkop zijn, niets begrijpen. De Duitsers spreken van: niet tot vijf kunnen tellen

Men kan zijn botten tellen

Hij is zeer mager

Men kan zijn ribben tellen

Hij is bijzonder mager

Iemand de trappen laten tellen

Iemand van de trappen smijten

Zijn geld wel kunnen tellen

Niet veel geld hebben, zodat het in korte tijd te tellen is

Iemand britten voor turven tellen

Iemand bij een verkoop bedriegen, hem wat in de handen stoppen; ook in 't algemeen: hem beetnemen, hem wat wijsmaken

De steentjes (of: kasseien) tellen

(Z. N.) Zeer langzaam lopen

Hij moet op zijn tellen passen

Hij moet oppassen met hetgeen hij doet

Argumenten moet men wegen, niet tellen

‘Argument’, van Lat.: argumentum, de bewijsgrond, het bewijs, van Lat.: arguere, aantonen, overtuigen, bewijzen. Vgl. Cicero (De Officiis, 11, 22): ‘Non enim numero haec indicantur, sed pondere’, d.i....
Lees meer

Iemand de brokken in de mond tellen

Iemand niets gunnen
toon meer resultaten
  • Synoniemen van Knopen tellen
  • Spelling van Knopen tellen
  • Knopen tellen vervoegen

uitgelicht

Winkler Prins Studie

Nu beschikbaar op Ensie! Winkler Prins encyclopedie met afbeeldingen, illustraties, geluidsfragmenten en video's.

Bekijk direct!

ENCYCLOPEDIE SINDS 1946

  • Home
  • Inloggen
  • Onderwijs
  • Over
  • Geschiedenis
  • Kiosk
  • Contact
  • Manifest
  • Word vriend
  • Woorden beginnend met
  • Synoniemen
  • Spreekwoorden
  • De of Het
  • Schrijvers
  • Categorie
  • Afkorting
  • Vervoegen
  • Disclaimer
  • NTD
  • Artikel publiceren?
  • Adverteren?
© 2025 Ensie

Inloggen

Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.

Toevoegen aan favorieten?

Favorieten

Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:

  • Je eigen Ensie account
  • Direct toegang tot alle zoekresultaten
  • Volledige advertentievrije website
  • Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk

Klik hier om vriend te worden