aan hetzelfde euvel mank gaan
hij gaat aan hetzelfde euvel mank als zijn broer: hij maakt dezelfde fouten als zijn broer.Aan een euvel mank gaan
‘Euvel’, van Mnl. evel, een ander woord voor: ziekte, gebrek. Oudtijds was de uitdrukking: ‘vallende evel’ in zwang voor: vallende ziekte. In deze uitdrukking moet, in het verband van ‘mank’ aan een v...Lees meer
Aan een euvel mank gaan
De uitdrukking wil zeggen: met een bepaald zedelijk gebrek behept zijn, bijv. hoogmoedigheid, eerzucht e.dZij gaan aan hetzelfde euvel mank
Zij maken beiden dezelfde foutZij gaan aan hetzelfde euvel mank
Zij hebben hetzelfde gebrek, dezelfde foutenHet is al krank en mank
Er deugt niets vanIets mankeren
Ziek zijn, iets onder de leden hebbenZonder mankeren
Zonder dat er iets aan ontbreekt, promptZij gaan mank aan ’t zelfde been
Zij hebben hetzelfde gebrekElk moet zien, waar zijn merrie mank gaat
Ieder moet zijn eigen zaken nagaan, zijn eigen belangen behartigenNiemand hinkt van of gaat mank aan andermans zeer
Het ongeluk van anderen raakt ons slechts oppervlakkigIedereen moet zelf zien waar zijn merrie mank loopt
Iedereen moet voor zichzelf uitmaken waar de fout zit als er iets verkeerd gaatIn zijn bovenkamer mankeren
Waar het menselijk lichaam vaak met een huis vergeleken wordt (vgl. de bijbeltekst: ‘dat onze lichamen tempelen des Heiligen Geestes zijn’), ligt het in de lijn, dat het hoofd als de ‘bovenkamer’ figu...Lees meer
Niemand hinkt van (of: gaat mank) aan een andermans zeer
Verdriet van anderen raakt ons slechts oppervlakkigMet manken leert men kreupel gaan
Als men zich in slecht gezelschap bevindt, is men zelf ook snel geneigd tot slechte dadenMet manken leert men krepel gaan
Waar men mee omgaat wordt men mee besmetHet mankeert hem in zijn zolderkamer
Hij is niet goed bij zijn hoofdDat mankeert er nog maar aan
‘Mankeren’, van Fra.: manquer; Lat.: mancare, ontbreken (Lat.: mancus, kreupel). Dat ontbreekt er nog maar aan. Wordt gezegd wanneer iets de maat doet vollopenHet mankeert hem aan de mijten
Deze zegswijze is vnl. bekend op Overflakkee, in de betekenis van: het ontbreekt hem aan geld. Een ‘myt’ was het geringste geldstukje uit de 15de en 16de eeuw, nl. het 48ste deel van een stuiver. Ze w...Lees meer