Ontleend aan de gelijkenis van de verloren zoon uit Luc. 15:11-32. Als deze terugkeert uit het land waar hij, door honger gedreven, de zwijnen moest hoeden en in het ouderlijk huis aankomt, is zijn vader zó verheugd, dat hij tot zijn personeel zegt: ‘Brengt hier het beste kleed en doet het hem aan, en geeft een ring aan zijn hand, en schoenen aan de voeten; en brengt het gemeste kalf en slacht het, en laat ons eten en drinken en vrolijk zijn’, (vs. 22-23). Men gebruikt soms de uitdrukking, wanneer men bij een feestelijke gelegenheid het beste wat er is voor de dag haalt en op deze wijze aan zijn blijdschap uiting geeft