Eer brengt één arme vader met vreugd zes kind’ren groot - dan dat zes rijke kind’ren hem koest’ren in zijn nood
Deze woorden zijn ontleend aan Beets’ Jan Janszen. Ze behoeft geen nadere toelichtingBeter een rijke vader te verliezen dan een arme moeder
Een rijke vader laat wel zijn geld na, moederlijke zorg kan men niet ontberenDat sluit als zes vingers in een handschoen
Wordt bij wijze van woordspeling gezegd b. v. van een redenering die in het geheel niet sluitDat sluit als zes vingers in een handschoen
Wordt bij wijze van woordspeling gezegd b.v. van een redenering die in het geheel niet sluitMet een vaartje van nul-komma-zes
Gekscherend gezegde voor: een grote vaartMet een vaartje van nul-komma-zes
De rest is uiteraard fantasieDat is een man van zes kruisjes
Hij is zestig j aarWonen in een huis van zes planken
Wordt gezegd van iemand die gestorven is. Het ‘huis van zes planken’ is de doodkist, met haar 4 lange zij-, boven- en onderkanten en haar vóór- en achterkant. Het begrip ‘zes planken' neme men in dit ...Lees meer
Praats voor zes hebben
Het hoogste woord hebbenIemand de zes weken geven
Iemand met of zonder opgaaf van redenen uit zijn dienst ontslaan, met zes weken meer loon dan verdiend is. De uitdrukking zou haar oorsprong vinden in art. 1639 p en r van het Burgerlijk WetboekWie zijn vuurtje maakt te groot, brengt zich zelven in de nood
Wie boven zijn stand leeft, vervalt tot armoedeDie zijn vuurtje maakt te groot, brengt zich zelven in de nood
Wie boven zijn stand leeft, vervalt tot armoedeHij is met zes paarden uit de klei getrokken
Hij is van het boerenland afkomstigHij slaapt op pluimen van zes voet
(d. i.: op stro) Hij is armAls Sint Margriet in haar bed pist, regent het zes weken
De oorsprong van dit spreekwoord ligt in de volgende legende: Jezus zocht met zijn 12 discipelen een nachtverblijf. Bij vrouw Margriet afgewezen, vonden zij onderdak bij een ander, die van Petrus, bij...Lees meer
Groot zijn met iemand
Zeer bevriend zijn met iemandGroot zijn met iemand
Innig bevriend zijn met iemand. ‘Groot’ is hier: aanzienlijk, een voorname plaats innemend of bekledend. Vgl. ‘de grootheid’ voor: ‘de deftige klasse’Groot met iemand zijn
Zeer bevriend met iemand zijnDat is een arme duivel
Hij heeft geen geldGedeelde vreugd, dubbele vreugd
De vreugde wordt verhoogd wanneer men ze met anderenGedeelde vreugd, dubbele vreugd
kan delenAan een boom, zó vol geladen mist men vijf, zes pruimen niet
Ontleend aan het gedicht De pruimeboom van Van Alphen. Deze regels worden aangehaald wanneer men te kennen wil geven dat op een grote hoeveelheid wel wat gemist kan worden. Meestal worden ze gebezigd ...Lees meer
