‘Parasiteren’, van Gr.: para, tegen, dichtbij, naast, en: sitos, spijs. Eigenlijk: mede-eten. Men bedoelt met de uitdrukking leven ten koste van iemand of op iemands kosten
Wordt - veelal tegen kinderen - gezegd wanneer er geen geld meer is om iets te kopen, of wanneer iets op is. Vgl. Plautus, Cistellaria (4, 2, 36): ‘Quod periit, periit’, d.i.: wat weg is is weg