Spaans woordenboek (SP-NL)

Dr. C.F.A. van Dam (1948)

Gepubliceerd op 19-05-2022

Calabaza

betekenis & definitie

f. kalebas, pompoen; fleskalebas; fam. stommerik; dar calabazas, fam. bij een examen afwijzen; een blauwtje laten lopen; recibir calabazas, fam. zakken, stralen, bij een examen afgewezen worden; een blauwtje lopen; nadar sin calabazas, o no necesitar de calabazas para nadar, fam. zich zelf kunnen bedruipen; salir calabaza, fam. tegenvallen.

< >