Gepubliceerd op 22-02-2023

Lavendel

betekenis & definitie

Lavandula angustifolia: Een welriekend dwergheestertje dat min of meer opgaand groeit en zelden hoger wordt dan 40 tot 50 cm. De twijgen zijn vierhoekig en grijs behaard.

De bladeren zijn kruisgewijs tegenoverstaand en lijnvormig. De bladrand is steeds iets ingerold, speciaal bij heel droog weer. De jonge blaadjes zijn aan beide zijden behaard, maar later vrijwel glad en grijzig zachtgroen van kleur. De lipbloemen, die vanaf de laatste week van juni verschijnen, staan dicht op elkaar in gedrongen schijnaren die een lengte hebben van 10-15 cm. De bloemen bevatten veel nectar en de bijen vliegen er dan ook sterk op.Lavendel is onmisbaar in de vlindertuin en hoort zeker thuis in de kruidentuin. Ook in de vasteplantenborder kunnen deze planten worden toegepast. Ze worden daarnaast wel als lage haagjes gebruikt. Lavendel behoort tot de weinig heestertjes die succesvol bij rozen kunnen worden toegepast. Er zijn nogal wat cultivars bekend, zoals 'Munstead' (bloei purperblauw), 'Hidcote' (bloei paarsblauw) en 'Dwarf Blue' (bloei violetpaars). Naast deze lavendelkleurige bloeiers, zijn er ook rassen met een afwijkende bloemkleur zoals 'Alba' (bloei crèmewit), 'Rosea' (bloei licht lilaroze) en 'Loddon Pink' (bloei lilaroze).

< >