Gepubliceerd op 22-02-2023

Hulst

betekenis & definitie

llexaquifolium: In onze streken een 8 tot 10 meter hoge boom of struik. Kan in gebieden met een wat gunstiger klimaat wel tot 15 meter uitgroeien.

De vorm van de kroon is breed piramidaal. De vertakking is afstaand. De onbehaarde twijgen zijn lichtgroen tot donkergroen. De leerachtige bladeren zijn glanzend donkergroen. De bladvorm is eirond tot ovaal. De bladrand is golvend en meestal zeer scherp getand.

In mei-juni verschijnen er manlijke of vrouwelijke, viertallige bloemen. De eerste staan gedrieën bij elkaar, de vrouwelijke bloemen zijn alleenstaand. De soort is tweehuizig. Dat betekent dat er exemplaren zijn met alleen manlijke en andere met alleen vrouwelijke bloemen. Alleen de vrouwelijke exemplaren krijgen tot 1 cm grote rode 'bessen' (in feite besachtige steenvruchten met daarin 4 tot 8 zaden), mits manlijke struiken in de omgeving voor bestuiving kunnen zorgen. Er bestaan ook eenhuizige hulstsoorten.Hulst is een mooie solitair, vooral ook omdat de bessen tot ver in de winter aanblijven, mits de vogels er van afblijven. Hoort ook thuis in bostuinen en kan dienst doen als losse of als geschoren haag. Er bestaat een zeer groot aantal cultivars. 'Argentea Marginata' en 'Aurea Marginata' hebben respectievelijk wit of goudgeel gerande bladeren. De eerste draagt wel bessen, de tweede niet. 'J.C. van Tol' vormt heel veel oranjerode bessen en heeft geen bestuiver nodig. Een tweede voordeel is dat het blad slechts spaarzaam is getand. 'Pyramidalis' wordt wel beshulst genoemd omdat deze cultuurvorm met zijn piramidale groeiwijze heel veel bessen vormt.