Willen. Cum bonitas Dei sit perfecta et esse possit sine aliis, cum nihil ei perfectionis ex aliis accrescat, sequitur quod alia a se eum veile non sit necessarium absolute, et tarnen necessarium est ex suppositione, S. THOMAS, SUM.
THEOL. I, Q. 19, A. 3, C., Aangewen Gods goedheid volmaakt is en zonder wat anders ook kan bestaan, daar niets zijn volmaaktheid kan vermeerderen, zoo wil God niet volstrekt noodzakelijk wat buiten Hem ligt. Toch wil Hij dat voorwaardelijk noodzakelijk, THEOL. SUM. V. D.
H. THOMAS v. AQUINO I, 530-531.
