Scheldwoordenboek

Marc de Coster (2007)

Gepubliceerd op 02-01-2020

schizo

betekenis & definitie

afkorting van schizofreen (persoon): iemand die elk gevoel met de realiteit verloren heeft, die zich vervreemd voelt of verscheurd; persoon die lijdt aan een splijting van de persoonlijkheid. Ook gebruikt als bijvoeglijk naamwoord. ‘De gelukkige schizo’ is een documentaire over Gerrit Komrij.

Obscure types die nooit iets zeiden, schizo’s, gekken, scholieren en psychopaten in de dop. (Bert Hiddema, Scheuren in het asfalt, 1985) Zit onze schizo zijn leed om te zetten in po-we-zie. (Pamela Koevoets, Een nachtje naar het strand, in Esquire, maart 1991)