Scheldwoordenboek

Marc de Coster (2007)

Gepubliceerd op 02-01-2020

Poepchinees

betekenis & definitie

(racistisch) Chinees. O.a. gesignaleerd door Jansen (1984).

Meer algemeen ook gebruikt voor een raar persoon (zie Laps). Woorden zoals poep- en schijtkomen meer voor als eerste lid van een samenstelling.

Ze kunnen beschouwd worden als versterkend voorvoegsel.De oudste, acht jaar, Vlaamse tongval, Haagse bluf, bekijkt de Koreaan van onder tot boven en concludeert hardop dat hij een erg grote mond heeft. Later rept ze van een ‘Poepchinees’. (de Volkskrant, 23/06/1990)

Hij viel neer op de grond, van uitputting en vol ongeloof. Over zijn eigen prestatie en die van zijn maatje Keen, maar vooral over die van die rare poepchinees. (Trouw, 05/05/1995)

Ik probeer lachend duidelijk te maken dat ik hen slechts een beetje probeer te plagen met een geinige boutade over kontneuken, maar die gore poepchinees van een eigenaar onderbreekt me door ons toe te bijten dat we kunnen vertrekken als we niets meer bestellen dan groene thee. (Ronald Giphart, Phileine zegt sorry, 1996)