Scheldwoordenboek

Marc de Coster (2007)

Gepubliceerd op 02-01-2020

Pampaboy

betekenis & definitie

(Surinaams) klootzak.

De twee kwamen aarzelend uit een van de gangen de toegangshal in, zagen de agenten en flitsten weer weg, een andere gang in. ‘Pampaboys?’ Een kenner van het Surinaams aan wie ik dat begrip voorleg, vraagt me of de agent wit of zwart was. Hij was zo wit als een bleekscheet maar kan zijn. Dan heeft hij ‘Pang-pang-boy’ (klootzak) vermoedelijk verbasterd tot Pampaboy. ‘Pangpang’ betekent kut in het Surinaamse slang. (Het Parool, 15/10/1988)