iemand die het werk van een andere schrijver plundert; plagiator. Reeds in het werk van Poot: ‘Wie heet ’er gaerne letterdief? Wie staet ’er graeg dus aen de kaek?’ Schakers ergeren zich daarentegen suf aan dit boek omdat het krioelt van de onjuistheden.
Eén zo’n schaker heet Jules Welling, en hij noemt Krol een letterdief en een geldwolf. (HP/De Tijd, 29/11/2002)