Wine Lexicon

Romy Kooij (2015)

Gepubliceerd op 27-01-2015

syrah / shiraz

betekenis & definitie

De druif syrah, in de nieuwe wereld shiraz genaamd, werd tijdens de kruistochten vanuit het Midden-Oosten naar Frankrijk gebracht. Over herkomst van de druif doen veel geruchten de ronde, bijvoorbeeld dat de druif afkomstig is uit de Iraanse stad Shiraz.

Uit genetisch onderzoek blijkt echter dat de druif voortkomt uit twee druivenrassen uit Zuid-Oost Frankrijk: de dureza en de mondeuse blanche.

Het is een druivenras dat veel zon nodig heeft en zijn beste wijnen geeft in een warm en droog klimaat. En dan bij voorkeur op niet te vruchtbare grond. De wijnranken van het ras groeien uitbundig en worden daarom vaak gesnoeid. Gebeurt dit niet, dan verliezen de druiven aan aroma, met flauwe wijnen als resultaat. De syrah is over het algemeen een gezonde druif die immuun is voor de meeste plantenziekten.

Als syrah met zorg wordt gecultiveerd, dan heeft hij druiven met een dikke schil. De wijn krijgt daardoor niet alleen veel kleur, maar ook veel tannine.

In Australië is shiraz de nationale specialiteit. Daar weet men er prima wijnen van te maken, ook in blends (assemblages) met cabernet sauvignon. Ook wordt er droge rosé en mousserende wijn van de syrah gemaakt.

Wijnen van de syrah zijn diep rood, vol van smaak, vlezig en krachtig. Ze smaken en ruiken naar rijp, donkerrood fruit en specerijen, als peper en kruidnagel. Syrahs bevatten vrij veel tannine, maar zijn zeker niet stroef.
In wijn uit de Côtes du Rhône en Châteauneuf-du-Pape wordt de syrah ook gebruikt.