Rijksmuseum

Rijksmuseum (2017)

Gepubliceerd op 23-06-2017

David, koning

betekenis & definitie

David was een jonge schaapsherder en een zoon van Jesse. God had David uitverkoren om koning van Israël te worden. De profeet Samuël kreeg van God opdracht om de jongen in het geheim tot koning te zalven.

De toenmalige koning Saul was bij God in ongenade gevallen. Om zijn zwaarmoedige buien te verdrijven nam Saul David in dienst als muzikant en dienaar, zonder te weten wie hij daarmee in huis haalde. David speelde vaak harp voor Saul en toen de Filistijnen de Israëlieten aanvielen bleek David ook een uitstekend strijder. Hij nam het op tegen de Filistijnse reus Goliath, die hij met één steen uit zijn slinger doodde. Later verslechterde de relatie met Saul. Na diens zelfmoord werd David daadwerkelijk koning van Israël. Hij was in vele opzichten een goede koning, maar had ook zijn zwakheden, zoals bleek uit zijn relatie met de getrouwde Bathseba.