Definities van Prisma Groot Woordenboek Nederlands in de Ensie Z
- zwellen
- zwelling
- zwembad
- zwembandjes
- zwembassin
- zwemblaas
- zwembroek
- zwemen
- zwemgordel
- zweminrichting
- zwemles
- zwemmen
- zwemmer
- zwemmerseczeem
- zwempak
- zwemparadijs
- zwempoot
- zwemschool
- zwemster
- zwemvest
- zwemvlies
- zwemvogel
- zwemwedstrijd
- zwendel
- zwendelaar
- zwendelarij
- zwendelen
- zwengel
- zwenghout
- zwenk
- zwenken
- zwenkgras
- zwenking
- zwenkwiel
- zweren
- zwerfafval
- zwerfblok
- zwerfgast
- zwerfie
- zwerfjongere
- zwerfkat
- zwerfkei
- zwerfsteen
- zwerftocht
- zwerfvogel
- zwerfvolk
- zwerfvuil
- zwerk
- zwerm
- zwermen
- zwerven
- zwerver
- zweten
- zweterig
- zwetsen
- zwetser
- zwetserij
- zweven
- zweverig
- zwezerik
- zwichten
- zwiepen
- zwieper
- zwier
- zwierbol
- zwieren
- zwierf
- zwierig
- zwijgen
- zwijgend
- zwijger
- zwijggeld
- zwijgplicht
- zwijgrecht
- zwijgzaam
- zwijm
- zwijmel
- zwijmelen
- zwijn
- zwijnen
- zwijnenboel
- zwijnenhoeder
- zwijnenhok
- zwijnenjacht
- zwijnenpan
- zwijnenstal
- zwijnerij
- zwijnshoofd
- zwijntje
- zwik
- zwikken
- zwin
- zwingelen
- zwingliaan
- Zwitser
- zwitserlevengevoel
- Zwitsers
- ZWO
- zwoegen
- zwoeger