Definities van Prisma Groot Woordenboek Nederlands in de Ensie D
- demystificatie
- den
- denappel
- denar
- denarius
- denationaliseren
- denatureren
- denderen
- denderend
- dendriet
- dendrografie
- dendrologie
- denier
- denigrerend
- denim
- denivelleren
- denivellering
- denkbaar
- denkballon
- denkbeeld
- denkbeeldig
- denkelijk
- denken
- denkend
- denker
- denkfout
- denkkracht
- denkpatroon
- denkpiste
- denkraam
- denksport
- denktank
- denkvermogen
- denkwijze
- dennen
- dennenappel
- dennenboktor
- dennenboom
- dennenbos
- dennengroen
- dennenhout
- dennennaald
- dennenrups
- dennenscheerder
- dennentak
- denominatie
- denominatief
- densimeter
- densiteit
- dentaal
- dentist
- denunciatie
- denunciëren
- Deo
- deodorant
- deontologie
- deontologisch
- dep.
- depannage
- depanneren
- departement
- departementaal
- dependance
- dependentie
- depersonalisatie
- deplorabel
- depolitiseren
- deponens
- deponeren
- deportatie
- deporteren
- deposant
- depositie
- deposito
- depositobank
- depositogarantiestelsel
- depositorekening
- depot
- depotfractiebewijs
- deppen
- depreciatie
- depreciëren
- depressie
- depressief
- depri
- deprimeren
- deprivatie
- depriveren
- deprogrammeren
- dept.
- deputatie
- der
- derailleren
- derailleur
- derangeren
- derby
- Derby
- derde
- derdegraads
- derdemachtswortel